Gezonder leven: wie neemt verantwoordelijkheid?
Werk anno 2011 speelt zich voor het gros van de Nederlanders af in een bureaustoel. Recent onderzoek laat zelfs zien dat toenemende problemen met obesitas sterk samenhangen met de ‘sedentaire’ werkomgeving. De gezondheidsproblemen die hiermee gepaard gaan kosten bedrijfsleven en overheid handen vol geld. Daarom adviseerde het College voor Zorgverzekeringen (CVZ) minister Schippers (VVD) van Volksgezondheid onlangs ondersteuning bij een ongezonde leefstijl op te nemen in het basispakket van de zorgverzekering. Maar is hier niet een belangrijke rol voor werkgevers weggelegd?
Leefstijlinterventie
De kosten van obesitas worden geraamd op drie tot vijf procent van het Nederlandse zorgbudget. Dat komt neer op een half miljard euro per jaar en met de kosten van ziekteverzuim, verloren arbeidsjaren, uitkeringen en dergelijke zelfs het viervoudige. Reden genoeg voor het CVZ om te pleiten voor een Gecombineerde Leefstijlinterventie (GLI), een traject waarbij mensen met overgewicht of diabetes type 2 onder begeleiding van zorgprofessionals hun voedings- en bewegingspatroon moeten aanpassen. Dit kost natuurlijk een lieve som, maar het CVZ liet uitrekenen dat deze maatregel op de lange termijn miljoenen euro’s bespaart. Uiteindelijk zou het dus een goede maatregel zijn om het begrotingstekort voor VWS terug te dringen.
Betutteling
Het is ongebruikelijk, maar niet ondenkbaar dat minister Schippers dit advies naast zich neerlegt. Als rechtgeaarde liberaal pleit zij voor eigen verantwoordelijkheid: een ongezonde leefstijl is een keuze. Het kan dus niet zo zijn dat de fitte burger meer zorgpremie moet betalen voor zijn minder bewuste en sportieve buurman. Als die dat al aan zijn leefstijl te danken heeft, want obesitas en zeker diabetes type 2 zijn soms erfelijk. Kortom: betutteling van de burger waar de overheid ook nog eens nauwelijks grip op heeft. Maar werkgevers wel.
Vitaliteitsdagen
Daarmee komt de aloude discussie bovendrijven in hoeverre werkgevers zich mogen bemoeien met de leefstijl van hun werknemers. De kosten van verzuim en vervroegde uittreding komen immers ook voor hun rekening. De krappere arbeidsmarkt zal de discussie verder doen oplaaien. Nu duurzame inzetbaarheid een steeds belangrijker thema wordt, bekommeren meer werkgevers zich om de vitaliteit en betrokkenheid van hun werknemers. Ze gebruiken de HR-communicatiecyclus om hun werknemers aan te spreken op hun leefstijl. Denk daarbij aan functionerings- en beoordelingsgesprekken of zelfs aan speciale vitaliteitsdagen. Werknemers moeten immers na een dag stilzitten bewust bezig zijn met hun gezondheid.
Of hebben werkgevers daar niets over te zeggen?
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!