Wie helpt ons aan financiële besluitvaardigheid?

‘Beslissingen kunnen nemen, ook als de gevolgen (nog) niet volledig te overzien of zeker zijn.’ Dat is zo’n beetje de omschrijving die u tegenkomt als u besluitvaardigheid opzoekt in een encyclopedie of woordenboek. Google het begrip en u zult zien dat het te boek staat als een belangrijke competentie op de arbeidsmarkt. Maar u en ik benutten deze vaardigheid ook privé: we nemen voortdurend kleinere en grotere besluiten waarvan we de gevolgen maar ten dele kunnen overzien. Ik beslis, dus ik besta.

Verraderlijke competentie
Toch is er met deze besluitvaardigheid iets geks aan de hand zodra het over wat complexere financiële beslissingen gaat. Want als we eenmaal onze zinnen hebben gezet op een mooi huis, fraai beleggingsrendement of trendy smartphone, laten we ons maar al te gemakkelijk overtuigen dat de investering verantwoord is. Ineens beschikken zelfs de grootste twijfelaars over een overmaat van deze o zo verraderlijke competentie.

Verraderlijk, ja. Want wie nu denkt ikke niet hoor! moet toch eens een blik werpen op de oorzaken van de jongste financiële en economische crisis. Amerikaanse consumenten (mensen zoals u en ik!) lieten zich hypotheken aanpraten waarvan ze bij de minste tegenslag de lasten niet konden dragen. Medewerkers van financiële instellingen en vermogensbeheerders (mensen die er voor hebben doorgeleerd!) handelden wereldwijd in deze risicovolle leningen. Met desastreuze gevolgen, ook in ons land. En nu we daar toch zijn aangeland: duizenden landgenoten vertrouwden hun geld toe aan DSB en Icesave, zonder oog te hebben voor risico’s of buitenproportionele kostenstructuren.

Mondig, geëmancipeerd, zelfredzaam?
Toch heeft zich de afgelopen decennia in ons collectieve bewustzijn definitief de notie van de mondige, geëmancipeerde en zelfredzame burger gevestigd. Een burger die bij aankoop van goederen en diensten zélf kan beslissen wat goed voor hem is. En die dus ook zelf financiële risico’s afweegt én aangaat, bijvoorbeeld bij het investeren in beleggingen, de aanschaf van een huis, het afsluiten van verzekeringen of de financiering van de oude dag. Kortom: een burger die financieel besluitvaardig is.

Stiekem zijn we de laatste decennia met zijn allen op deze financiële besluitvaardigheid gaan bouwen en vertrouwen. Zo zijn mede op basis van deze notie tal van voorheen publiek of collectief geregelde zaken ondergebracht bij de particuliere sector of (deels) onderworpen aan marktwerking. Denk bijvoorbeeld aan de zorg, loondoorbetaling bij ziekte of verzekering tegen de gevolgen van arbeidsongeschiktheid. Maar ook aan basale zaken zoals telefonie of energieleverantie. In al deze gevallen kan en moet de individuele burger tegenwoordig zelf financiële keuzes maken. Tegelijkertijd heeft het internet de drempel voor de praktische afhandeling van veel van dit soort beslissingen enorm verlaagd. Een paar muisklikken volstaan vaak al.

Betere kennis, betere beslissingen
Onder dergelijke omstandigheden bestaat een grote behoefte en noodzaak aan communicatie die de financiële besluitvaardigheid van het individu waarborgt en versterkt. Een behoefte en noodzaak die veel groter zijn dan velen tot voor kort dachten. De economische crisis drukt ons flink met de neus op de feiten: kennelijk neemt de gemiddelde burger vaak toch minder goede financiële beslissingen dan we dachten.

Tegelijkertijd heeft de crisis het thema voor aanbieders van financiële diensten en producten actueler gemaakt dan ooit. Afnemers zijn – terecht – kritischer, wantrouwender en voorzichtiger geworden. Banken, verzekeraars, tussenpersonen, maar ook iedere werkgever die hun producten en diensten via arbeidsvoorwaardenpakketten aanbiedt: ze ontkomen niet aan een reactie op dit sterk afgenomen vertrouwen. Tegelijkertijd waren er zelden betere kansen om zich in positieve zin te onderscheiden. Wie geld en energie steekt in heldere en eerlijke uitleg, creëert een duurzame relatie. Betere kennis leidt tot betere beslissingen. Zulke beslissingen leiden tot klanten die hun financiële lasten kunnen dragen en dus tevreden mogen zijn over de verleende dienst. Klanten ook, die kunnen en wil terugkomen. Dat is uiteindelijk meer waard dan snelle, eenmalige winst.

Roel van Dooren

Deze blog is ook verschenen op www.ravestein-zwart.nl

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie