Het nieuwe werken en het nieuwe leren

De kranten staan vol over het ‘nieuwe werken’. Topmanagers verkondigen openlijk dat ze hun werknemers flexibeler willen zien opereren, zich soepel aanpassend aan flexibele werkplekken en werktijden. Prima om een uurtje op te nemen om met je kind naar de dokter te gaan; ’s avonds haal je de tijd wel weer in. Comfortabel met je laptop op de bank, tussen rode wijn en borrelnoten ben je minstens net zo produktief als met een lauwe beker automatenkoffie en gespannen schouders achter je kantoorbureau.

Het is zeker waar dat de moderne werknemer flexibiliteit hogelijk waardeert. Er onstaat een loyaliteitsgevoel naar het bedrijf die dit mogelijk maakt. Maar waar vaak aan wordt voorbijgegaan is het verlies aan informele contacten met collega’s. Je komt elkaar immers niet meer zo gemakkelijk tegen bij de koffie automaat. En de waarde die het informele praatje over vakanties, familie of hobby heeft wordt vaak onderschat. Het praatje is broodnodig om informele contacten te bouwen en de basis te leggen tot werkelijke verbinding tussen collega’s. Die dan weer resulteert in een goede samenwerking.

Voor de moderne werkgever is het dus zaak om te zorgen dat hun mensen elkaar blijven ontmoeten. Dat kan met de traditionele borrels en zelfs met kostbare maar leuke teambuildingsdagen-op-de-hei. Ook wordt de verfkwast soms ter hand genomen om met de afdeling een middag het kinderdagverblijf om de hoek te schilderen of de speeltuin op te knappen.

Een heel andere manier is het Maatschappelijk Leer Programma.
Daarin gaan werknemers een dag(deel) per maand aan de slag bij een maatschappelijke organisatie. De advocaat die zijn werkdagen doorbrengt tussen beton, glas en staal komt maandelijks over de vloer bij de Voedselbank. Daar helpt hij samen met zijn collega met het sorteren en inpakken van honderden broden, paprika’s en pakken rijst samen met andere vrijwilligers. Hij rijdt mee met de bezorger van de pakketten en komt in wijken die hij niet kent. Waar mensen wonen in omstandigheden die hij niet kent. En hij beseft hoe groot de afstand is, ook in het kleine Nederland waar mensen boven op elkaar wonen. En passant helpt hij op kantoor van de Voedselbank mee om nieuwe sponsoren te vinden. En geeft hij her en der een juridisch advies. Voor hem gesneden koek, voor de organisatie goud waard. Bovendien leert hij zijn collega kennen op een andere manier. En is er ruimte voor het informele gesprek, tussen het afwegen en inpakken van de honderden kilo’s amandelen.

Na een jaar te hebben meegedraait in deze organisatie is zijn horizon verruimd. Hij heeft geleerd om met vrijwilligers te werken, hen te motiveren, gewerkt met mensen die een taakstraf vervullen. Hij heeft gelachen met zijn collega en samen met hem een nieuw logistiek systeem voor de Voedselbank opgezet. Hij heeft gepraat met klanten van de Voedselbank, en gemerkt dat mensen soms heel snel kunnen afglijden naar een uitzichtsloze situatie. En hij is blij dat zijn werkgever hem deze kans heeft geboden.

Meer weten over Maatschappelijk Leren? Ik wil er graag meer over vertellen en jou helpen om innovatief te leren en te werken.

1 antwoord

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie