Een studie volgen naast het werk: compleet overbodig of juist noodzakelijk?
Studeren naast een baan, dat klinkt best pittig. Toch geeft vier op de vijf (80%) werkenden aan er wel oren naar te hebben, want ze voelen zich nog lang niet uitgeleerd. Wij vroegen 1.178 werkende Nederlanders naar hun kijk op het volgen van een opleiding naast het werk.
Wat zijn de mogelijkheden?
De gemiddelde Nederlander werkt tussen de 28 en 35 uur per week, fulltime in de schoolbanken zitten wordt hierdoor lastig of zelfs onmogelijk. Een deeltijdstudie biedt uitkomst, waarbij men de mogelijkheid krijgt om de opleiding over een langere periode dan de traditionele vier jaar te verspreiden. Hierbij kan de studie worden gevolgd op gunstigere dagen en tijdstippen. Ook een duale studie is denkbaar, waarbij werk en studie kunnen worden gecombineerd. Je werk is hierbij echt onderdeel van je studie, opdrachten vanuit de opleiding kunnen bijvoorbeeld op het werk worden uitgevoerd. Wat je ook kiest, elke opleiding vergt inzet en discipline.
Goed en gekwalificeerd personeel
Niet alleen de werknemer gaat erop vooruit bij het volgen van een studie naast het werk. De werkgever heeft natuurlijk ook profijt van goed en gekwalificeerd personeel, en zelfs actuele problemen op de arbeidsmarkt kunnen worden verlicht. Het tekort aan gekwalificeerd personeel is menig Nederlander de afgelopen jaren niet ontgaan, 68 procent van de werkenden is ervan overtuigd dat bijscholing dit tekort kan laten afnemen of zelfs kan laten verdwijnen. Bijscholing draagt er immers aan bij dat het werk- en denkvermogen van de medewerkers actueel blijft, en zij dus het gevraagde werk goed kunnen doen. Drie op de vijf (63%) werkenden meent dan ook het dagelijkse werk beter te kunnen doen door een opleiding te volgen naast het werk.
Rol van de werkgever
De werkgever speelt een belangrijke rol in de bijscholing. Om een opleiding te kunnen volgen naast je werk, moet je immers wel de tijd en ruimte krijgen om dit te kunnen doen. Gelukkig voelt meer dan de helft (55%) van de werkenden zich gestimuleerd door zijn of haar werkgever om te blijven leren naast het werk. Ook zijn er in sommige gevallen voorzieningen getroffen. Bij ruim de helft (52%) wordt de gehele opleiding door zijn of haar werkgever betaald. Het kan ook zijn dat de werkgever zelf al iets heeft geregeld met betrekking tot de opleiding van de werknemers in de vorm van bijvoorbeeld een training of cursus. Dit is voor ruim drie op de vijf (65%) werknemers het geval.
Waar moet de onderwijsinstelling aan voldoen?
Werknemers willen doorleren en werkgevers willen daar best bij helpen, dat is een goed begin. Maar hoe wordt dit in de praktijk georganiseerd? Flexibiliteit is volgens werknemers ontzettend belangrijk. Maar liefst 92 procent van de werkenden bestempeld de flexibiliteit van de onderwijsinstelling als cruciaal. Door 86 procent van de werkenden wordt voldoende praktijkervaring van de docenten ook genoemd als vereiste.
Uit ons onderzoek blijkt dat werkend Nederland nog lang niet uitgeleerd is. Daarbij kan het tekort aan gekwalificeerd personeel volgens hen worden opgelost door bijscholing en daar kunnen werkgevers veel profijt van hebben. Ruim de helft kiest er dan ook voor om werknemers hierin te ondersteunen. Iedereen gaat erop vooruit, dus een studie volgen naast het werk? Noodzakelijk natuurlijk.
Deze gastblog is geschreven door Sven Tump, Directeur NCOI Opleidingen
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!