Taalgebruik en veiligheid op de werkvloer

Met het HR-communicatie-platform hebben we onderzocht hoe het zit met vertrouwen op de werkvloer. Eén van de mooie conclusies is dat er sprake kan zijn van praktisch en emotioneel vertrouwen. Wil je daar meer over weten, dan moet je de podcasts volgen en bij het SUMMUM op 9 november a.s. zijn. Maar ik ging zelf alvast eens nadenken over voorbeelden die ik wel eens tegen ben gekomen over dat minder grijpbare ‘emotioneel vertrouwen’ en hoe verkeerd taalgebruik daaraan bijdraagt.

Bij emotioneel vertrouwen draait het om het gevoel van veiligheid, openheid, wederzijds respect, gelijkwaardigheid en transparantie. Klinkt logisch. Toch ken ik voorbeelden genoeg van waar het fout kan gaan.

Mensen in hokjes plaatsen

In deze blog ga ik in op taalgebruik in een organisatie. Neem bijvoorbeeld een organisatie waar mensen onderling structureel over ‘mietjes’ spreken als het gaat om mensen die minder hard en stevig zijn in hun manier van werken. Achteloos nemen anderen zo’n woord over. Onverschillig voor het feit dat  je hiermee groepen medewerkers in een hokje plaatst. En dat het woord ‘mietje’ niet alleen ‘zachtzinnig of kleinzielig persoon’ betekent, maar ook synoniem is voor iemand die homofiel is. Het gevolg is dat hele groepen zich niet veilig voelen om te zijn wie ze willen zijn.

Etnische profileringswoorden en stereotyperingen kunnen ook doordringen in het dagelijks taalgebruik.

Ontmenselijken en stereotyperen

Of een organisatie waar mensen, die hun persoonlijke doelstelling niet halen, door het management afgeschilderd worden als ‘omzetlekken’.  Het lijkt management- of beleidstaal, maar je ‘ontmenselijkt’ zo de organisatie. Het middenmanagement neemt het taalgebruik over en voor je het weet is een medewerker alleen nog maar een ‘omzetlek’. Weg gevoel van veiligheid.

Etnische profileringswoorden en stereotyperingen kunnen ook doordringen in het dagelijks taalgebruik: luie Marokkanen, Mocromaffia, dronken Polen, domme Turken. Je zult maar een Marokkaanse achtergrond hebben en in een omgeving werken waar er structureel op deze manier over mensen met jouw culturele en etnische achtgrond wordt gesproken. Maar het werkt ook door als jouw achtergrond Afghaans, Oekraïens of Nigeriaans is. Als er zo gesproken wordt over Polen, Marokkanen en Turken, wat zeggen ze dan over mij achter mijn rug om?

En dan nog genderspecifieke uitdrukkingen, die het glazen plafond verder versterken. Vrouwen zijn bitches of dominant als ze stevig discussiëren in een vergadering. Mannen zijn daadkrachtig en besluitvaardig. De gevolgen zijn desastreus voor carrièrepaden en het gevoel van veiligheid.

Bewust worden van vooroordelen in taalgebruik

In hoe we taal gebruiken kan dus veel bias (vooroordeel) zitten. En weinig mensen wegen woorden zorgvuldig af voordat ze ze gebruiken. Een ‘slip of the tongue’ is natuurlijk altijd mogelijk. Een enkel grapje ook. Maar voordat je het weet zijn woorden ingesleten in de cultuur van een organisatie en nog maar lastig te bestrijden.

Het begint met bewustwording: voer de dialoog over taalgebruik in jouw organisatie. Herken welke woorden in jouw bedrijfscultuur gewoon zijn geworden. Welke zijn schadelijk en wanneer is iets een grapje? Waar liggen onze normen en waarden? Want dan pas kun je gaan sturen en werk je aan het verhogen van een gevoel van veiligheid en dus meer ‘emotioneel vertrouwen’ op de werkvloer.

Wil je hier meer over weten? Neem contact op met Monique Hendriks op monique@masadvies.nl of mobiel 06 – 53 49 15 40. Ik ben ook benieuwd naar meer voorbeelden, dus als je die hebt, stuur ze (anoniem) naar me door.

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie